Uit de praktijk, Kees als preventiemedewerker

Kees werkt al jaren als veiligheidskundige en is daarmee verantwoordelijk voor het realiseren van het veiligheidsbeleid binnen de organisatie. Steeds meer taken, steeds meer ontwikkelingen die elkaar in een razend tempo opvolgen en steeds meer versnipperingen.

Hij zorgt voor naleving van de voorschriften en is op de hoogte van nieuwste wet- en regelgeving inzake Veiligheid, Gezondheid, Welzijn en Milieu. Daarnaast weet hij ook het een en ander over elektrische veiligheid en gevaarlijke stoffen. Sinds 2 jaar is hij ook in staat om een risicoanalyse uit te voeren. Kees is een serieuze man, achter in de 50 en heeft onlangs een taakverzwaring gekregen:  Sinds kort is hij aangewezen als preventiemedewerker van de organisatie.

Kees voelt zich niet comfortabel met deze nieuwe uitbreiding van taken. Hij vindt het een compleet andere tak van sport. Nu moet hij ineens met de bedrijfsarts gaan praten over de gezondheid van medewerkers. Binnen de organisatie is er bijvoorbeeld sprake van pesten en van (te) grote werkdruk. Kees heeft daar nog nooit enige interesse in gehad, hij was meer iemand van de harde, meetbare feiten.

De organisatie heeft aan mij gevraagd om Kees te coachen in zijn nieuwe rol. We zijn samen aan de slag gegaan om te inventariseren wat er precies verwacht mag worden van een preventiemedewerker en welke competenties daarvoor nodig zijn. We hebben gekeken naar de ambitie van Kees en de ambitie van de organisatie. We hebben onderzocht of Kees als puzzelstukje in de totale puzzel past.

Toen we eenmaal in kaart hadden gebracht wat de taak van Kees zou zijn in de toekomst bleek dat hij het steeds leuker begon te vinden. Uitval van medewerkers boeide hem altijd al, maar tot nu vooral de “technische” oorzaken daarvan, naar zijn idee altijd een gevolg van gebrekkige fysieke arbeidsomstandigheden. Nu hem duidelijk werd dat juist een groot gedeelte van verzuim mentale problemen als achtergrond hebben wilde hij daar meer van weten. In zijn nieuwe positie van preventiemedewerker mag hij zich daar nu juist in gaan verdiepen. Hij wordt op dit gebied de schakel die de brug kan slaan tussen de medewerker en de organisatie. Hij kan zijn stempel gaan drukken op het beleid en juist in zijn nieuwe rol invloed uitoefenen op een betere werkomgeving. De uitdagingen die de positie van de link tussen management, OR, de bedrijfsarts en de medewerker hem bieden, boeien hem enorm.

Kees gaat een gerichte opleiding volgen in dit najaar. We hebben afgesproken dat hij eens in de 3 weken een gesprek met mij heeft, voorlopig gedurende de eerste 6 maanden. In deze voor hem nieuwe functie neemt Kees een nogal individuele positie in binnen de organisatie en vindt het daarom heerlijk om zonder afbreukrisico regelmatig met iemand te kunnen sparren. Van de organisatie krijgt hij hiervoor de ruimte.

Terug naar de E-zine