Leidinggeven, een vak apart! 10 Tips.

Wie zijn of haar vak als leidinggevende serieus neemt, reflecteert op het eigen functioneren. Daar kun je best wat hulp bij gebruiken, bijvoorbeeld van je eigen teamleden. Zij weten immers als geen ander hoe je overkomt en of dat bevalt. Maar kun je hen eigenlijk wel vragen om feedback? Hoe pak je dat aan? En welke fouten moet je daarbij vermijden? Vier managementexperts geven advies in Intermediair. Hier een samenvatting.

Mijn aanvulling: Focus vooral op hoe jij je medewerker beter kunt ondersteunen in het bereiken van zijn/haar doelen. Ga dus niet bijvoorbeeld vragen om hun mening over je gedrag t.o.v. jouw leidinggevende of nog erger, om hoe om te gaan met collega’s van je medewerker. Daarvoor ga je sparren met je eigen collega’s, je manager, HR of met een externe coach. En niet te vergeten: bezie de feedback ook vooral in het licht van je eigen waarden en doelen. Zorg dus altijd dat je die voor jezelf helder hebt, anders waai je met alle winden mee en is andermans mening zomaar belangrijker dan die van jezelf….

 

Feedback vragen aan je team: 10 tips

1. Wees niet bang

Feedback vragen aan teamleden is prima, je kunt daarvan leren.

Vaak heb je zicht op eigen leerpunten, maar soms hoor je feedback waarmee je als manager extra groei kan doormaken. Ook creëer je een sfeer waarbij het normaal is kwetsbaar te zijn, elkaar te mogen aanspreken en te leren van elkaar. Feedback is daarnaast ook een middel om storingen in de waarnemingen en in de communicatie op te sporen en te verkleinen. Blijf jezelf dit vertellen en wees niet bang om feedback te vragen en te ontvangen.

2. Kies het juiste moment

Kies rustige momenten, liefst buiten bestaande conflicten om. Dat zijn momenten waarop je zelf het beste open staat en je het meeste vertrouwen kunt hebben dat de feedback genuanceerd zal zijn.

Bij de start van het jaar, wanneer medewerkers hun doelen of ontwikkelingsplannen maken bespreek je welke ondersteuning een medewerker denkt nodig te hebben om zichzelf verder te kunnen ontwikkelen. Daar kun je later tijdens iedere bespreking op terugkomen. Mocht je feedback willen op een bepaald voorval, doe dat dan zo snel mogelijk. Dat maakt het gemakkelijker om informatie op te pikken en eventueel de mening van anderen te toetsen.

3. Stel jezelf open

Luister en stel open vragen. Probeer te voorkomen dat het teamlid denkt dat er repercussies komen op “verkeerd” gegeven antwoorden. Vermijd suggestieve, sturende of defensieve vragen: “Jij vindt toch ook dat?” Stel ook geen vragen waar een verborgen verwijt in zit: “Zou een verandering in mijn leidinggevende stijl kunnen bewerkstelligen dat je minder fouten maakt? Creëer een veilige situatie. Een goede vertrouwensband is een voorwaarde voor het verkrijgen van oprechte feedback. Vraag daarom alleen feedback in een vertrouwde omgeving en in één-op-ééngesprek.

4. Vraag eventueel meer uitleg

Controleer altijd of je het echt begrijpt. Misschien heb je geen enkel idee waarom een medewerker een bepaald oordeel over je heeft. Vraag door om helderder te krijgen wat de medewerker bedoelt. Dan weet je tenminste zeker dat jullie het over hetzelfde hebben. Gebruik de 6 ezelsbruggetjes in communicatie

5. Spreek je waardering uit

Misschien ben je niet met elke boodschap even blij. Wees er toch dankbaar voor. Het geven van eerlijke feedback getuigt van moed en dwingt respect af. Werknemers laten ermee zien dat ze willen investeren in de relatie. Waardeer dat.

6. Verdedig jezelf niet

Stel je open voor negatieve feedback. Als je bij het ontvangen van feedback weerstand voelt, is dat begrijpelijk. Je kunt misverstanden eventueel rechtzetten door een toelichting te geven: Licht alleen toe hoe je tot die keuze bent gekomen en waarom jij dacht dat die goed was. Ga jezelf niet verdedigen, want dat kan de feedbackgever remmen. Bepaalde zaken worden uit angst voor je reactie vervolgens niet meer bespreekbaar, terwijl je er mogelijk profijt van had kunnen hebben.

7. Wees je bewust van eventuele gekwetstheid

Neem de tijd om de feedback te verwerken. Wees je ervan bewust dat feedback je per definitie raakt, die gaat immers over jou en je voelt je er dus door gekwetst dan wel gesterkt. Neem die emotionele fase serieus. Als je die namelijk overslaat, zal er een weerstand in je achterhoofd achterblijven. Die kan ervoor zorgen dat je minder overtuigd zult zijn van je handelen. Na die emotionele fase komt er als het goed is een rationele fase, waarin je jezelf kunt afvragen wat je van de gekregen feedback kunt leren. En soms is er een andere reden dat feedback blijft voelen als kritiek. Kijk er dan verder naar en ga er mee aan de slag.

8. Doe iets met de feedback

Doe iets met wat mensen je laten weten. Tenminste, voor zover je iets aan hebt.

9. Laat weten wat je doet met de feedback

Wees duidelijk. Welke keuze je ook gemaakt hebt, laat het weten. Ook wanneer je niets met de feedback gaat doen. Anders wek je mogelijk verkeerde verwachtingen en dat is niet handig.

10. Blijf de baas

De grootste valkuil is dat jij onzeker wordt van de feedback. Daar heeft niemand wat aan.

Besef dat de feedback over jouw gedrag gaat en niet over wie jij bent als mens of als collega. Als je het gevoel hebt dat je gefaald hebt, zal dat je niet verder helpen. Vraag op gezette tijden feedback, maar laat dat niet je voornaamste kompas zijn. Weet zelf wat jij wilt, wat jij waard bent en waar jij voor staat; ondergraaf niet je eigen zelfvertrouwen en gezag. Zeker als leidinggevende mag je wel uitstralen dat je weet waar je mee bezig bent.

Origineel artikel op Intermediair.nl

Terug naar de E-zine